doorzoek het gehele Damescompartiment
Damescompartiment online

Marie C. Vanger-Frank
(1838-1891)


Marie C. Vanger-Frank

Handschrift van M.C. Frank

Maria Carolina Frank is een van de mooiste raadsels uit het Damescompartiment Online. Een afbeelding van haar is niet bekend, wellicht zelfs niet bewaard gebleven. Wel haar handschrift, in een aantal brieven die momenteel rusten in het Letterkundig Museum (Den Haag) en de Dousakamer van de Leidse Universiteitsbibliotheek. Wij zien een gedecideerde stijl, een kleine letter, regels die ietwat scheef aan, en we verlangen naar de kennis van een handschriftdeskundige.

Zij leefde als een gescheiden vrouw, in een tijd, dat dit als onfatsoenlijk gold. Er moeten blikken van verachting naar haar geworpen zijn. Maar zij kon schrijven, en zich een wereld scheppen. Marie Frank deed dat. Vele titels staan op haar naam, boeken en verhalenbundels die nauwelijks meer vindbaar zijn. Liggen ze als dierbare geërfde boeken ergens op zolder, en waar?

M.C. Frank werd geboren in Den Haag, op 1 februari 1838. Zij genoot voldoende opleiding om les te geven in de Engelse, Duitse en Franse taal en romans te vertalen.

Ze trouwde met Jan van der Meijden met wie ze een dochter en een zoon kreeg. In 1863 gaat het gezin naar Indië. In Batavia, de stad van aankomst, gaat Van der Meijden in betrekking als ambtenaar. Marie gaat dan lesgeven in talen en handwerken, destijds onontbeerlijke elementen in een jongedamesopvoeding. Zij moet zich hier steeds meer bewust zijn geweest van de positie die vrouwen hadden, zij, de geld-verdienende vrouw, die meisjes hielp op te voeden tot een huwelijk waarin zij verondersteld werden alleen moeder en echtgenote te zijn.

Zelf ontdekte ze snel hoe bitter noodzakelijk het was om als vrouw zelf voor inkomsten te kunnen zorgen. In 1864 overlijdt haar echtgenoot. Ze blijft achter met Thine; haar zoontje was een jaar voor zijn vader gestorven. Marie geeft lessen en houdt zo het hoofd boven water. Twee jaar later (1866) sluit ze een huwelijk met Hendrik Vanger, een hardwerkende onderwijzer zonder enige carrière. Het jaar daarop krijgen ze een zoon.

Marie Vanger-Frank heeft dan al voor de normen van haar tijd een uitzonderlijk leven. Moeder van twee kinderen, echtgenote van een werkende man en toch zo zelfstandig dat ze voor geld werkt. Zelfstandig van handelen, en karakter. Dat komt eens te meer van pas als haar huwelijk schipbreuk lijdt. Rond 1870 staat ze er alleen voor, Hendrik Vanger is dan... elders. Zo'n drie jaar later keert Marie met de kinderen terug naar Nederland.

In de roman Bijna verloren (1881) beschrijft zij een trotse zelfstandige vrouw die op het schip'de Félicitas' reist, een vrouw die zich niets aantrekt van het geroddel aan boord. Was M.C. Vanger-Frank die vrouw? Het moet een onaangename positie voor haar zijn geweest.

In Nederland woont ze in Den Haag, levend van een toelage die haar echtgenoot haar stuurt. Maar de vijftig gulden per maand komen onregelmatig. Dan begint ze te schrijven. In 1874 haar eerste roman Oost-Indische mensen en dingen geschetst. Daarna gaat het snel. De ene titel na de andere ziet het licht en vaak treedt daarin een vrouw op, die het moet zien te redden, tegen de stroom in soms. Ook als mevrouw Frank naar Breda verhuist (1886), blijft ze schrijven, nu ook geïnspireerd door haar vriendschap met de kinderboekenschrijver J.J.A. Gouverneur.

Alletwee haar kinderen gaan naar Indië en mevrouw Frank blijft achter. Ze verhuist nog naar Delft, in 1890. Schrijven blijft, maar het ultieme geluk vindt ze niet daarin. In een brief aan Gouverneur bekent ze: "Neen, geen honderd jaar wensch ik te worden, zelfs geen tachtig!"

De wens wordt vervuld. Maria Carolina Frank sterft als ze 53 jaar is op 29 september 1891. Ze laat een rijk oeuvre achter.

Het bovenstaande is gebaseerd op Die zwarte oogen! men kan nooit weten. Indië in het werk van M.C. Frank (1838-1891). Doctoraalscriptie Simona van Klaveren.

Meer lezen van Marie C. Vanger-Frank?

  • Oost-Indische mensen en dingen geschetst
    Leiden: D. Noothoven van Goor, 1874
  • Katja Mata (ps.): Een natuurlijk kind en andere Nederlandsch-Indische verhalen
    Leiden: D. Noothoven van Goor, 1877
  • Oude liefde roest niet. Een Nederlandsch-Indisch verhaal
    Leiden: D. Noothoven van Goor, 1877
  • Cèlines beproeving. Nederlandsch-Indische novelle.
    Leiden: D. Noothoven van Goor, 1877
  • Hoe zij oude vrijster werd
    Leiden: D. Noothoven van Goor, 1877
  • Bij storm en helder weer
    Leiden: D. Noothoven van Goor, 1879
  • Dwalende harten en kinderen van éénen vader.
    Leiden: D. Noothoven van Goor, 1879
  • Eenige jonge dames
    Leiden: D. Noothoven van Goor, 1879
  • Leonores huwelijk. Nederlandsch-Indisch verhaal
    Leiden: D. Noothoven van Goor, 1877
  • Twee wegen
    Rotterdam: Ducr. Goetzee, 1880
  • Zwervers
    Arnhem: E. & M. Cohen, 1879-1883
  • Souvenirs van Jakob Stilleven, gepensioneerd Oost-Indisch ambtenaar
    Amsterdam: D. Noothoven van Goor, 1880
  • Rosa van Dennenburg of de zegepraak der kinderliefde
    Leiden: Sijthoff, ca 1880
  • Geschiedenis der schoone Hirlande of de zegepraal der onschuld over de boosheid
    Leiden: Sijthoff, ca 1880
  • Bijna verloren
    Haarlem: Erven F. Bohn, 1881
  • Bruintje. Een verhaal voor de jeugd
    's-Gravenhage: Visser, 1884
  • De arme juf
    Rotterdam, 1885
  • Trijntje Toet
    Rotterdam, 1885
  • De verborgen schat. Een verhaal voor jonge lieden
    Amterdam: A. van Klaveren (gebr. Koster), 1886
  • Een lief blondinetje
    Dordrecht: J.P. Revers, 1886
  • Onafhankelijk. Roman
    's-Gravenhage: Erven, 1888
  • Blank en bruin. Nagelaten roman
    Amsterdam: H.J.W. Becht, 1893
  • Het bovenstaande is gebaseerd op Die zwarte oogen! men kan nooit weten. Indië in het werk van M.C. Frank (1838-1891). Doctoraalscriptie Simona van Klaveren.

Over Marie C. Vanger-Frank

  • Onder andere:
    Simona van Klaveren: Die zwarte oogen! men kan nooit weten. Indië in het werk van M.C. Frank (1838-1891). Doctoraalscriptie Amsterdam
  • 'M.C. Frank' door Rob Nieuwenhuys in Oost-Indische Spiegel. Wat Nederlandse schrijvers en dichters over Indonesië hebben geschreven vanaf de eerste jaren der compagnie tot op heden Amsterdam: Querido. 1978 (pag. 217-220)