Emma van Angelbeek (1867-1945)
foto: Emma van Angelbeek, met haar dochter Ems van Soesth
Emma Maria van Angelbeek werd geboren op 20 november 1876, op Batavia. Haar vader was de toenmalige bekende Bataviasche raadsheer mr J.J. van Angelbeek, afstammeling van een Duits domineesgeslacht uit Oost-Friesland. Een gemakkelijk man was hij niet: streng gelovig en levend naar Gods woord. Corruptie en verleiding waren hem een gruwel. Oneerlijkheid evenzeer. Toen hij een doodsvonnis weigerde uit te spreken over een naar zijn mening onschuldige verdachte, zond de overheid hem 'met ziekteverlof' naar Nederland. Hij vertrok met zijn jonge Padangse vrouw (haar naam is helaas niet overgeleverd) en met zijn kinderen, onder wie de kleine Emma.
Het gezin bleef vele jaren in Nederland, te Leiden en Amsterdam. Bij de geboorte van een zusje stierf Emma's moeder en in Emma's 21ste levensjaar ook haar vader. Emma werd door zorgzame familieleden in zware rouwkleding gestoken en teruggestuurd naar Indië. Er was immers nog een recht op vrije overtocht. Emma vond in haar geboorteland steun en troost bij drie getrouwde zusters. Ze kwam in huis bij een zusje te Pasoeroean.
Haar dochter, de schrijfster Ems van Soest, schreef veel later over deze periode: "Ze was erg onder de indruk van de Indische natuur, en krachten die in Holland sluimerend waren gebleven, schenen in haar te ontwaken. Tijdens een logeerpartij bij een andere zuster in een andere plaats zei ze op een ochtend: "Wat ruikt het huis toch naar carbol, ik krijg er hoofdpijn van!' De djongos had die dag helemaal geen carbol voor de marmeren vloer gebruikt. Eenige dagen later dronk haar zuster aan een station een groot glas rozenstroop, vertoonde bij thuiskomst symptomen van cholera en overleed spoedig. Die dag werd het hele huis met carbol ontsmet.... dezelfde geur die Emma dagen tevoren geroken had..."
Emma trouwde op 11 juli 1891 met Willem van Soest, zoon van de suikerfabrikant J.W.A. van Soest (Pasoeroean) en kleinzoon van de dichter Johannes van Soest. Het was een groots huwelijk. Emma's sleep telde zeven meter, onder de bruidsmeisjes bevond zich Beate Wattendorff en de gasten amuseerden zich bijzonder tijdens de receptie in het grote huis van Notaris Hazenberg.
Het huwelijksleven zou Emma diep geluk maar ook zwaar leed brengen. Het geluk van een echtgenoot met wie zij harmonieus samenleefde. Ook het geluk van kinderen die geboren werden en die ze zelf met de methode Clercx kon onderwijzen. Het succes van in kranten publiceren en het uitbrengen van een dichtbundel waarin zij haar persoonlijke ervaringen bezong. Maar dan.. het leed van afscheid moeten nemen. Haar eerste dochtertje, Margootje, overleed na een val in de mandikamer. Haar zoon Willem stierf in 1928. Zij overleefde haar echtgenoot.
Met haar dochter Ems en haar zoon Jan verhuisde ze in de jaren '30 naar Nederland, waar ze in Den Haag en op Scheveningen woonden. Met de kinderen maakt ze reizen onder andere naar Rome en Spanje. Toen brak de Tweede Wereldoorlog uit. Kort na het bombardement op het Bezuidenhout overleed Emma.
Nogmaals haar dochter Ems van Soest: "Zoals ze in oorlogstijd haar orange shawl droeg - das war verboten!- en een witte anjer legde bij het Paleis Noordeinde toen Prins Bernhard verjaarde. Tot het einde zat haar haar in keurige witte krulletjes -het was eens zo diepzwart geweest! en waren haar handen welverzorgd. Klein, heel teer in haar zwarte japon. De herinnering aan haar is dapperheid en nog zoveel, zo héél veel meer, maar bovenal toch Liefde in de goede zin van het woord."
Meer lezen van Emma van Angelbeek?
Over Emma van Angelbeek